Bij de terugkeer van een reis.
217. Bij elke hoge vlakte zeggen: “Allaahoe Akbar, Allaahoe Akbar, Allaahoe Akbar” (Allah is de grootste, Allah is de grootste, Allah is de grootste) en reciteer dan:
“ا للهُ أَكْـبَر، ا للهُ أَكْـبَر، ا للهُ أَكْـبَر.”
“Allaahoe Akbar, Allaahoe Akbar, Allaahoe Akbar”s
“Er is geen god dan Allah, Hij is de Enige. Hij heeft geen partner. Aan Hem behoort de Heerschap en aan Hem is alle lof. Hij is tot alles in staat. Wij keren vol berouw terug naar onze Heer. Onze Heer aanbiddend en onze Heer prijzend. Zijn beloftes maakt Hij waar. Hij heeft Zijn dienaren geholpen en Hij alleen heeft de (vijandelijke) groepen verslagen.” [1]
“لا إلهَ إلاّ اللّهُ وَحْـدَهُ لا شريكَ لهُ، لهُ الملكُ ولهُ الحَمْد، وهُوَ على كُلّ شَيءٍ قَـدير، آيِبـونَ تائِبـونَ عابِـدونَ لِرَبِّـنا حـامِـدون، صَدَقَ اللهُ وَعْـدَه، وَنَصَـرَ عَبْـدَه، وَهَزَمَ الأَحْـزابَ وَحْـدَه.”
“Laa ielaaha iellaa Allaahoe wah’dahoe laa sharieka lah, lahoe l-moelkoe wa lahoe al-h’amdoe, wa hoewa ‘ala koellie shay-ien qadier, aa-ieboeena, taa-ieboeena lierabbiena h’aamiedoeen, sadaqa Allaahoe wa’dah, wa nasara ‘abdah wa hazama l-ah’zaaba wah’dah”.
[1] Al-Boekhaarie 7/163, Moesliem 2/980. De profeet zij dit wanneer hij terugkeerde van een veldtocht of van Al-Hadjj.