De zoogmoeder van de Profeet (vrede zij met hem)
Thoewaybah de vrijgelaten slavin van Aboe Lahab
Zainab bint Aboe Salamah overlevert dat Oem Habibah haar vertelde, dat zij zei: “O Boodschapper van Allah! Trouw mijn zuster, de dochter van Aboe Soefyaan. Hij zei: “Zou je dat leuk vinden?” Hierop antwoordde zij: “Ja! Ik zou je niet slechts voor mijzelf willen hebben. En met wie ik het liefst het goede wil delen is mijn zus.” Daarop zei de Profeet: “Dat is voor mij niet toegestaan.” (Oem habiba zei): “Wij hebben het er onderling over dat jij de dochter van Aboe Salamah wil huwen.” Hij zei: “De dochter van Oem Salamah?” Ik zei: “Ja!” Waarop hij zei: “Zou zij niet mijn stiefdochter zijn, dan nog zou zij verboden voor mij zijn (om mee te huwen), want zij is de dochter van mijn broer op basis van borstvoeding. Ik en Aboe Salamah hebben borstvoeding gekregen van Thoewaybah. Biedt mij niet jullie dochters of zusters aan.”[1] (al-Boechari)
[1] Het is verboden voor een man om tegelijkertijd gehuwd te zijn met twee zussen. Daarnaast is het niet toegestaan om met moeder en stiefdochter gehuwd te zijn. Dit was de reden waarom de Profeet (vrede zij met hem) zei: “Biedt mij niet jullie dochters of zusters aan.” Op het moment dat een man gehuwd is met een vrouw die een dochter heeft (uit een vorig huwelijk), en hij geslachtsgemeenschap heeft gehad met deze vrouw, dan wordt de dochter voor altijd verboden voor hem om mee te trouwen.