Safwaan ibnoe Soelaym en zijn minachting voor geld
In de tijd dat cOmar ibn cAbd ul-cAziez gouverneur was van Medina, arriveerde de leider der gelovigen Soelaymaan ibnoe Maalik in de stad van de Profeet (vrede zij met hem) en ging de mensen voor in het middaggebed. Vervolgens opende hij de deur ‘al-Maqsoera’ en ging zitten, leunend tegen de mihrab. Hij richtte zijn gezicht tot de mensen onder wie zich de bekende Safwaan ibnoe Soelaym az-Zoehriy bevond, maar hij herkende hem niet.
Soelaymaan vroeg aan cOmar: “O cOmar, wie is die man? Ik heb nooit zo’n edele man als hem gezien die zoveel gemoedsrust uitstraalt.”
cOmar antwoordde: “O leider der gelovigen, dat is Safwaan ibnoe Soelaym.”
Soelaymaan ibnoe Maalik riep toen zijn bediende en zei: “O bediende, breng voor mij een zak met vijfhonderd goudstukken.” Waarop de dienaar dit bracht en Soelaymaan tegen hem zei: “Zie je die man die nu bezig is met het gebed, ga naar hem toe en schenk hem deze goudstukken?” Soelaymaan beschreef Safwaan ibnoe Soelaym duidelijk, zodat de dienaar hem zou herkennen.
De bediende van de leider der gelovigen stapte met de goudstukken af op Safwaan en ging naast hem zitten. Toen Safwaan de man opmerkte maakte hij zijn gebed af, keek de kant van de bediende op en vroeg: “Waarmee kan ik jou van dienst zijn?”
De bediende antwoordde, terwijl hij wees naar Soelaymaan ibnoe Maalik: “De leider der gelovigen droeg mij op om jou deze zak met goudstukken te overhandigen met de boodschap dit geld te gebruiken ten voordele van jouw gezin.”
Safwaan zei hierop tegen de bediende: “Ik ben niet degene naar wie jij gestuurd bent.”
Hierop vroeg de bediende verbaasd: “Bent u dan niet Safwaan ibnoe Soelaym?”
Safwaan antwoordde: “Ja, ik ben zeker Safwaan ibnoe Soelaym!”
De bediende bevestigde nogmaals: “Dan ben ik naar jou gestuurd.”
Safwan vertelde hem: “Ga terug en vraag om bevestiging, als je dit hebt gedaan, keer dan naar mij terug.”
De bediende zei: “Houd ondertussen deze goudstukken bij jou, terwijl ik om een bevestiging ga vragen.”
Hierop zei Safwaan: “Nee, als ik het vasthoud, dan heb ik het reeds van jou aangenomen. Ga beter om bevestiging vragen, zolang ik hier blijf zitten.”
De bediende maakte rechts ommekeer en vertrok. Hierop pakte Safwaan zijn schoeisel en vertrok ook. Hij was niet meer te zien, totdat de leider der gelovigen Soelaymaan ibnoe Maalik uit Medina was vertrokken.