vrijdag , november 22 2024
Home | Artikelen | Smeekbeden na Tasliem in het gebed.

Smeekbeden na Tasliem in het gebed.

Smeekbeden na Tasliem in het gebed.

66. Ik vraag Allah om vergiffenis (drie keer). O Allah U bent vrede en van U komt vrede. Gezegened bent U O Bezitter van majesteit en Edel. [2].

“أَسْـتَغْفِرُ الله.  (ثَلاثاً) اللّهُـمَّ أَنْـتَ السَّلامُ، وَمِـنْكَ السَّلام، تَبارَكْتَ يا ذا الجَـلالِ وَالإِكْـرام.”

“Astaghfiroe llaaha (drie keer) Allaahoemma Anta ssalaamoe wa mienka ssalaamoe, tabaarakta yaa Dha ldjalaalie wa l-iekraam”.
67. Er is geen God dan Allah, de Enige, Die geen andere goden naast Zich heeft, tot Hem behoort de koninkrijk, en alle lof behoort Hem toe, en Hij heeft macht over alle zaken. O Allah, er is niemand die verbiedt wat U heeft gegeven en niemand kan geven wat U heeft verboden en de welvaart kan de welvarende persoon niet baten tegen Uw Wil en Beslissingen. [3].

“لا إلهَ إلاّ اللّهُ وحدَهُ لا شريكَ لهُ، لهُ المُـلْكُ ولهُ الحَمْد، وهوَ على كلّ شَيءٍ قَدير، اللّهُـمَّ لا مانِعَ لِما أَعْطَـيْت، وَلا مُعْطِـيَ لِما مَنَـعْت، وَلا يَنْفَـعُ ذا الجَـدِّ مِنْـكَ الجَـد.”

“Laa ielaaha iella llaahoe wah’dahoe laa sharieka lah, lahoe lmoelkoe wa lahoe lh’amdoe wa hoewa ‘ala koellie shay-ien Qadier, Allaahoemma laa maani’a lie maa a’tayt, wa laa moe’tieya liema mana’t, wa laa yanfa’oe dhal djaddie mienka ldjadd”.

68. Er is geen God dan Allah, de Enige, Die geen andere goden naast Zich heeft, tot Hem behoort de koninkrijk, en alle lof behoort Hem toe, en Hij heeft macht over alle zaken. Er is geen macht en geen kracht behalve door Allah’s verlof. Er is geen god dan Allah. Wij aanbidden Hem alleen, alle gunsten behoren aan hem en aan Hem behoort de goede lofsprijzing. Er is geen God naast Allah, we aanbidden Hem in zuiverheid hoewel de ongelovigen vertoornd zullen zijn. [4].

“لاَ إِلهَ إلاّ اللّه, وَحْدَهُ لاَ شَرِيكَ لهُ، لَهُ الملْكُ وَلَهُ الحَمْد، وهوَ عَلَى كُلّ شَيءٍ قَدِير، لاَ حَـوْلَ وَلا قـوَّةَ إِلاّ بِاللهِ، لا إلهَ إلاّ اللّـه، وَلا نَعْـبُـدُ إِلاّ إيّـاه, لَهُ النِّعْـمَةُ وَلَهُ الفَضْل وَلَهُ الثَّـناءُ الحَـسَن، لا إلهَ إلاّ اللّهُ مخْلِصـينَ لَـهُ الدِّينَ وَلَوْ كَـرِهَ الكـافِرون.”

“Laa ielaaha iella llaahoe wah’dahoe laa sharieka lah, lahoe lmoelkoe, wa lahoe lh’amdoe wa hoewa ‘ala koellie shay-ien Qadier. Laa h’awla wa laa Qoewwata iella biellah, laa ielaaha iella llaah, wa laa na’boedoe iella ieyyaah, lahoe nni’matoe wa lahoe lfadloe wa lahoe tthanaa-oe lh’asan, laa ielaaha iella llaahoe moekhliesiena lahoe ddiena wa law karieha lkaafieroen”.
69. Geprezen is Allah, en alle lof behoort aan Allah, en Allah is groot (33 keer). Er is geen God dan Allah, de Enige, Die geen andere goden naast zich heeft, al het bestaande is van Hem, en alle lof behoort Hem toe, en Hij heeft macht over alle zaken. [5].

“سُـبْحانَ اللهِ، والحَمْـدُ لله، واللهُ أكْـبَر. (ثلاثاً وثلاثين) لا إِلهَ إلاّ اللّهُ وَحْـدَهُ لاَ شَرِيكَ لهُ، لهُ الملكُ ولهُ الحَمْد، وهُوَ على كُلّ شَيءٍ قَـدير”

“Soebh’aana llaahie, wa lh’amdoe liellaahie wallaahoe Akbar, (33 keer); Laa ielaaha iella llaahoe wah’dahoe la sharieka lah, lahoe lmoelkoe wa lahoe lh’amdoe wa hoewa ‘ala koellie shay-ien Qadier”.
70. In de naam van Allah, de Erbarmer, de Meest Barmhartige. “Zeg: “Hij is Allah, de Enige. Allah is de Enige van Wie al het geschapene afhankelijk is. Hij heeft niet verwekt en is niet verwekt. En niet één is aan Hem gelijkwaardig.”

Bismie llaahie rrah’maanie rrah’ieem. “Qoel hoewa Allaahoe ah’ad ! Allaahoe ssamad ! Lem yalied wa lem yoeelad ! wa lem yakoenlahoe koefoewan ah’ad.”
In de naam van Allah, de Erbarmer, de Meest Barmhartige. Zeg: “Ik zoek bescherming bij de Heer der dageraad. Tegen het kwaad dat Hij geschapen heeft. En tegen het kwaad van de donkere nacht wanneer hij aanbreekt. En tegen het kwaad van hen die op knoppen blazen. En tegen het kwaad van een jaloerse wanneer deze jaloers is”.

Bismie llaahie rrah’maanie rrah’ieem. “Qoel a’oedhoe bierabbie l-falaq ! Mien sharrie maa Khalaq ! Wa mien sharrie ghaasieqien iedhaa waqab ! Wa mien sharrie annaffaathaatie fie l-‘oqad ! Wa mien sharrie h’aasiedien iedhaa h’assad” [6]

In de naam van Allah, de Erbarmer, de Meest Barmhartige. Zeg: “Ik zoek bescherming bij de Heer (Allah) van de mensen. De koning van de mensen. De God van de mensen. Tegen het kwaad van de wegsluipende influisteraar. Degene die in de harten van de mensen influistert. Van de Djinn’s en de mensen. [7]

Ga na het zeggen van de smeekbedes met je handen over je hele lichaam wrijven. Je begint met je hoofd en gezicht. Voer deze handeling drie keer uit.

Bismie llaahie rrah’maanie rrah’ieem. “Qoel a’oedoe bierabbie annaas ! Maliekie annaas ! ielaahie annaas ! Mien sharrie Al-waswaasie Al-khannaas ! Alladhie yoewaswiesoe fie sodoorie nnaas ! Miena Al-djiennatie wa-nnaas”.
71. Allah, er is geen God dan Hij [8], de Levende, de Zelfstandige, sluimer noch slaap kan Hem treffen, aan Hem behoort toe wat er in de hemelen en wat er op de aarde is. Wie is degene die voorspraak doet bij Hem zonder Zijn verlof? Hij kent wat er voor hen is en wat er achter hen is. En zij kunnen niets van Zijn Kennis omvatten, behalve wat Hij wil. En Zijn Zetel strekt zich uit over de Hemelen en de Aarde en het waken over beide vermoeit Hem niet. En Hij is de Verhevene, de Almachtige. (In het Arabisch reciteren na elk gebed.) [9].

Allaahoe laa ielaaha iellaa hoewa, Al-h’ayyoe Al-qayyoem. Laa ta-ekhoedoehoe sienatoen walaa nawm. Lahoe maafie ssamaawaatie wa maa fie l-ard. Men dhe lladhie yashfa’oe ‘iendahoe iellaa bie’iednieh. Ya’lemoe maa bayna aydieehiem wa maa khalfahoem. Walaa yoeh’ieetoena bieshay-ien mien ‘ielmiehie iella biemaa shaa’. Wassie’a korsieyyoehoe ssamaawaatie wal-ard, walaa ya’oedoehoe h’iehdoehoema, wa hoewa al-‘aliyyoe al-‘adhziem”.
72. Er is geen God dan Allah, de Enige, Die geen andere goden naast zich heeft, al het bestaande is van Hem en alle lof behoort Hem toe. Hij brengt tot leven en doet sterven en Hij heeft macht over alle zaken. (Reciteer tien keer in het Arabisch na de Maghrib -en Fadjr-gebed.) [10].

“لا إلهَ إلاّ اللّهُ وحْـدَهُ لا شريكَ لهُ، لهُ المُلكُ ولهُ الحَمْد،  يُحيـي وَيُمـيتُ وهُوَ على كُلّ شيءٍ قدير. (عَشْر مَرّات بَعْدَ المَغْرِب وَالصّـبْح ).”

“Laa ielaaha iella llaahoe wah’dahoe laa sharieka lahoe, lahoe lmoelkoe wa lahoe lh’amdoe yoeh’yie wa yoemmietoe wa Hoewa ‘ala koellie shay-ien Qadier”.
73. O Allah, ik vraag U om kennis die voordeel brengt, een goede voorziening, en daden die aanvaard zullen worden. (In het Arabisch na het Fadjr-gebed.) [11].

“اللّهُـمَّ إِنِّـي أَسْأَلُـكَ عِلْمـاً نافِعـاً وَرِزْقـاً طَيِّـباً ، وَعَمَـلاً مُتَقَـبَّلاً. (بَعْد السّلامِ من صَلاةِ  الفَجْر ).”

“Allaahoemma iennie as-aloeka ‘ielman naafie’an, wa riezqan tayyieban, wa amalan moetaqaballan”.

[1] Tasliem is het zeggen van “Assalemoe ‘Alaikoem warah’matoe Allah” aan de rechter- en linkerzijde tijdens het gebed, waarbij het gebed daarna beëindigd wordt.
[2] Moesliem 1/414.
[3] Al-Boekhaarie 1/255, Moesliem 414.
[4] Moesliem 1/415.
[5] Moesliem 1/418, “Eenieder die dit na elk gebed zegt van hem zullen zijn zonden worden vergeven zelfs al zouden zij als het schuim van de zee zijn.”
[6] 112, 113, 114 De Edele Qor’aan.
[7] Aboe Daawoed 2/86, An-Nasaa-ie 3/68. Zie ook Al-Albaanie, Sah’ih’ At-Tirmidhie 2/8. Deze drie Soerah worden de Moe’awwiedaat, die om de bescherming van Allah te vragen, genoemd. Zie Al-Boekhaarie, uit Al-‘Asqalaanie, Fath’ Al-Baarie 9/62.
[8] “Eenieder die dit reciteert als hij ’s ochtends opstaat wordt beschermd tegen de Djinn tot de avond, en eenieder die dit in de avond reciteert wordt beschermd tegen de Djinn tot de dageraad”- Al-Haakim 1/562. Al-Albaanie bevestigt dat de overlevering Sah’ih’ is en voert het terug tot An-Nasaa-ie en At-Tabaraani. Hij zegt dat At-Tabaraani’s ketting van overlevering, of Isnaad betrouwbaar is (Djayyied), Al-Albaanie 1/273.
[9] “Eenieder die dit na elk gebed reciteert, zal niet worden belet het Paradijs in te gaan,” An-Nasaa-ie, ‘Amal Al-Yawm wa llaylah (H’adieth nr. 100), ook Ibn As-Soennie (nr. 121). Zie ook Al-Albaanie, Sah’ih’ Al-Djaami’ As-Saghier 5/339 en Sielsielatoe l-ah’aadieth As-Sah’ih’ah 2/697 (nr. 972).
[10] At-Tirmidhie 5/515, Ahmad 4/227. Zie ook Ibn Al-Qaiyim Al-Djawzieyyah, Zaad Al-Ma’aad 1/300.
[11] Ibn Maadjah onder anderen. Zie Al-Albaanie, Sah’ih’ Ibn Maadjah 1/152 en Majma’ Az-Zawaa’id 10/111.

Check Also

Hoe prees de profeet Allah?

Hoe prees de profeet Allah? 266. ‘Abdoellah ibn ‘Oemar (moge Allah tevreden met hen zijn) heeft …