Verricht het gebed alvorens men voor jou het dodengebed verricht
Ik was iemand die het gebed in zijn geheel had verlaten. Iedereen waarschuwde mij… mijn vader, mijn broers, maar ik luisterde naar niemand. Op een dag ging de telefoon over. Een oude man huilde en zei: “Ahmad?!” Ik antwoordde: “Ja?!”…“Gecondoleerd met de dood van Khalid. We troffen hem dood aan in zijn bed.” Ik schreeuwde: “Khalid, die was gisteren nog bij ons.” De oude man huilde en zei: “Wij zullen vandaag het dodengebed voor hem verrichten in de grote moskee.” Ik legde de hoorn neer en barste in tranen uit. Hoe kan hij nou sterven terwijl hij nog zo jong is? Ik had het gevoel dat de dood mijn vraag belachelijk vond.
Ik ging huilend de moskee binnen om voor de eerste keer in mijn leven het dodengebed te verrichten. Ik zocht naar Khalid en trof hem aan omwikkeld in een lijkengewaad, bewegingloos voor in de rijen. Ik schreeuwde het uit toen ik hem zag. Iedereen keek mijn richting op. Ik dekte mijn gezicht af met mijn arm en begon te huilen. Ik deed mijn best om mij sterk te houden. Op dat moment trok mijn vader mij naar zich toe en fluisterde zacht in mijn oren: “Verricht het gebed alvorens men voor jou het dodengebed verricht!” Zijn woorden vielen als donderslag bij heldere hemel. Ik begon te beven terwijl ik naar Khalid keek.
Als hij uit de dood zou opstaan, wat zou hij dan wensen? …Een sigaretje? Een vriendinnetje? Wat muziek? Ik probeerde mij in zijn plaats voor te stellen. Ik herinnerde mij de volgende woorden van Allah (interpretatie van de betekenis):
“(Gedenkt) de dag waarop de onderbenen ontbloot zullen en zij opgeroepen worden om neer te knielen terwijl zij daartoe niet in staat zijn.”
(Soerat al-Qalam: 42)
We vertrokken daarna naar de begraafplaats en daalden hem neer in zijn graf…Ik begon mijzelf toen af te vragen: “Als hij ondervraagd wordt over zijn daden, wat zal hij dan antwoorden? …Twintig liedjes! Zestig films! Duizenden sigaretten!” Ik huilde onophoudelijk en dacht: “Hij hoeft niet te rekenen op voorspraak van het gebed en geen van zijn daden zal hem baten.” Ik kon mij niet bewegen. Mijn vader wachtte mij iets verderop op. Uiteindelijk liet ik Khalid achter mij en liep ik weg, wetende dat hij mijn voetstappen op dat moment kon horen…